Bloggen op internet: niet altijd een pretje
Straffe toebak op het internet te vinden. De ver van mijn bed show, dacht ik altijd al. Maar het komt ineens dichterbij. Tot in de reactievelden onder mijn bijdragen op mijn eigen blog. Anonieme peuters die het de doodgewoonste zaak vinden om wat één van de mooiste dagen dit jaar, mijn huwelijksdag, zou moeten zijn te bevuilen met hun zieke praat (klik HIER en ga maar eens kijken bij de reacties, zo bijna onderaan). Het is om moedeloos van te worden. Er zijn dus écht van die mensen, die niet beseffen dat er een grens bestaat aan het toelaatbare van hun gedrag. Die niets kennen van waarden en normen, van doodnormaal fatsoen ook.
Het is sommigen trouwens ook niet ontgaan hoe er vuil spel gemaakt wordt in het driftige zoeken naar erkenning voor de eigen superioriteit. Wie ook eens wil lezen hoe bijvoorbeeld Rudy Wuytack, hoofdredacteur van de webkrant Antwerpen. Stad en Provincie erover denkt, kan altijd eens op de rode voorgaande linkjes klikken. Dan hoef ik het hier niet meer te herhalen.
In ieder geval, dankzij die peuters (de omschrijving kleuters verdienen ze dus echt niet en bij deze verontschuldig ik mij bij de echte peuter, die gewoon zijn leeftijd uitdoet en er zelf niet aan kan doen) heb ik de mogelijkheid om wanneer u maar wil een reactie te plaatsen, deze ochtend uitgeschakeld. Ik hoef geen beledigende kwijl op mijn blog te vinden en al zeker niet als het laag bij de grond is en absoluut niet als het op de man en zijn aanstaande vrouw gericht wordt. En dan nog anoniem. Zielig. Bijzonder zielig. Geen psychiater die daar wat aan kan doen, aan een in-zieke mens die koppig besluit zielig door het leven te gaan.
Toch wil ik hier nog even een positieve noot aan toevoegen: het is nooit te laat om te stoppen met dergelijke toestanden en op een meer constructieve wijze de uitdagingen aan te gaan die er werkelijk toe doen: ieder op zijn eigen (kunstzinnige) manier uiting geven aan wat er daadwerkelijk bij de mensen leeft, bij de artiesten leeft, en de overheid en aanverwanten een bijzonder confronterend discours aanbieden, een spiegel voorhouden ook, met de hoop dat het ooit beter wordt.
Het is sommigen trouwens ook niet ontgaan hoe er vuil spel gemaakt wordt in het driftige zoeken naar erkenning voor de eigen superioriteit. Wie ook eens wil lezen hoe bijvoorbeeld Rudy Wuytack, hoofdredacteur van de webkrant Antwerpen. Stad en Provincie erover denkt, kan altijd eens op de rode voorgaande linkjes klikken. Dan hoef ik het hier niet meer te herhalen.
In ieder geval, dankzij die peuters (de omschrijving kleuters verdienen ze dus echt niet en bij deze verontschuldig ik mij bij de echte peuter, die gewoon zijn leeftijd uitdoet en er zelf niet aan kan doen) heb ik de mogelijkheid om wanneer u maar wil een reactie te plaatsen, deze ochtend uitgeschakeld. Ik hoef geen beledigende kwijl op mijn blog te vinden en al zeker niet als het laag bij de grond is en absoluut niet als het op de man en zijn aanstaande vrouw gericht wordt. En dan nog anoniem. Zielig. Bijzonder zielig. Geen psychiater die daar wat aan kan doen, aan een in-zieke mens die koppig besluit zielig door het leven te gaan.
Toch wil ik hier nog even een positieve noot aan toevoegen: het is nooit te laat om te stoppen met dergelijke toestanden en op een meer constructieve wijze de uitdagingen aan te gaan die er werkelijk toe doen: ieder op zijn eigen (kunstzinnige) manier uiting geven aan wat er daadwerkelijk bij de mensen leeft, bij de artiesten leeft, en de overheid en aanverwanten een bijzonder confronterend discours aanbieden, een spiegel voorhouden ook, met de hoop dat het ooit beter wordt.