Gedicht: uitgebengeld
Korte strofen, hij houdt er wel van. Bij deze een staaltje ervan.
uitgebengeld
hij wil af en toe
gewoon even langs de kant
van de straat
van het leven
om tot rust gekomen
te inspecteren wat
tot dan zijn buit reeds is
van de zoen der zeemeerminnen
tot het gelach met Bacchus
een krabbel van Arragon
met een draadje van Ariadne
verbonden met wat pijl van Cupido
om de weg niet meer kwijt
dan streelt hij de vlechten van Pipi Langkous
met een rood kapje op z'n hoofd
zingt stoere liederen met
minstens zeven dwarse dwergen
onder het genot van een appel
tegen dorst naar te veel
om zijn rugzak weer op te pakken
en zijn weg weer verder
te vervolgen wat zijn pad
ongekust nog meer te jagen brengt
zo blijft het kind in hem
nog steeds ongestorven
van plas tot plas
de bengel die hij was
en immer blijven zal
zo af en toe
Frans V.