Gedicht: kindman
Ergens in mei 2011, de zestiende meer bepaald, schreef Vlinderman onderstaand dichtje. Wat er die dag gebeurd is, wat de aanleiding ertoe, welke indruk van wat ook, het wordt niet herinnerd. Dat het een maandag was, dat is het enige dat zeker is.
Bij het zoeken naar enkele gedichten voor Zuiderzinnen morgen, waar Vlinderman voor De Muzeval zal aantreden en voordragen, kwam het bovendrijven. Vreemd is immers het thema die dag en bevreemdend is het dat net dat themawoord dit opleverde... Geniet, en wie weet, treft Vlinderman u morgen wel in praatcafé Chatleroi op 't Antwerpse Zuid tijdens autovrije zondag, zo ergens tussen 16u15 en 17u00, als toehoorder van deze Vlindermantelg...
Bij het zoeken naar enkele gedichten voor Zuiderzinnen morgen, waar Vlinderman voor De Muzeval zal aantreden en voordragen, kwam het bovendrijven. Vreemd is immers het thema die dag en bevreemdend is het dat net dat themawoord dit opleverde... Geniet, en wie weet, treft Vlinderman u morgen wel in praatcafé Chatleroi op 't Antwerpse Zuid tijdens autovrije zondag, zo ergens tussen 16u15 en 17u00, als toehoorder van deze Vlindermantelg...
kindman
dit blijkt dan nu het punt
dat neergezet blijft staan
markant en zonder ampersant
pontificaal in het bestaan
rondborstig en toch ook weer
mannelijk teer
hij legt de pen terzij
verrast door dit vreemd gebaar
van hier en nu en nergens elders
overweldigd door 't gevoelen
misschien dat het toch ooit
aan de einder klimt een kind
na meer dan dertig jaar
zijn kin tot boven 't vensterraam
en zie dan hoe het joelt
van opgewonden zijn dat
het zowaar toch nog lukt
dit blijkt dan nu het punt
dat neergezet blijft staan
markant en zonder ampersant
pontificaal in het bestaan
rondborstig en toch ook weer
mannelijk teer
hij legt de pen terzij
verrast door dit vreemd gebaar
van hier en nu en nergens elders
overweldigd door 't gevoelen
misschien dat het toch ooit
aan de einder klimt een kind
na meer dan dertig jaar
zijn kin tot boven 't vensterraam
en zie dan hoe het joelt
van opgewonden zijn dat
het zowaar toch nog lukt
Frans V.