Weekroutine + gedicht
Het is weer maandagavond en weet u, u en ik moeten blij zijn dat we nog leven. Zoveel weekenddoden (de categorie heeft gewoon een naam!) in België en daar leest een mens dan een stukje over in de krant om vervolgens vast te stellen dat de pauze voorbij is en hij terug aan het werk moet. De pers heeft zijn plicht gedaan, het stond in de krant (op pagina zoveel, als je tenminste koppig door blijft lezen, dan vind je het wel ergens met een klein titeltje terug), de mensen kunnen ermee doe wat ze er mee willen doen (zo snel mogelijk verder lezen, vermoed ik dan, want veel gerucht over dergelijke artikels vang ik niet echt vaak op in een gemiddelde conversatie, dat Standard kampioen heeft gespeeld daarentegen), de buitenwereld kan blijven wat ze is (de buitenwereld, wat anders?)
Grondig foute boel, als je het mij vraagt, maar hoe kan het ook anders? Altijd datzelfde liedje, vakkundig weggemoffeld tussen heel wat interessantere artikels, begraven doden die het geweten niet langer kunnen belasten omdat ze met zovelen zijn, murwe geesten, die overvolle agenda's ook, het steekt allemaal schril af tegen die ene vent, zoveel duizend jaar geleden, of die andere, goed zestienhonder jaar geleden, of nog, die andere grote goeroe (pardon, religieuze leider), dik twee duizend vierhonderd jaar geleden. Ook allemaal doodgegaan (een enkele vond toen het licht uit), en of het nu in het weekend was of niet, zíj leven nog door in de hoofden en harten van miljoenen mensen. Il faut le faire, nietwaar?
En dan nu een staaltje van wat ik net aanhaalde: de overgang naar de gang van zaken, het wentelen in de sleur van jij en wij, samen in de wei, en grazen en blaten, tot er iemand ons de wol over de oren komt trekken en wij rillend in diezelfde weide, terwijl een ander in onze wol gehuld de winter zomaar doorkomt. De gedachten moeten buitelen vandaag, zo lijkt het wel, en waarom ook niet? Hoor ik ook voor de tv te hangen? Mijn ziel in de pc te laten verdwalen? Verslaafd aan één of andere plakkerige toog te hangen? Of hoor ik mezelf te zijn, met alle grote en kleine vraagjes vandien? Ik opteer voor het laatste, laat zoveel duidelijk zijn.
Frans V.
Grondig foute boel, als je het mij vraagt, maar hoe kan het ook anders? Altijd datzelfde liedje, vakkundig weggemoffeld tussen heel wat interessantere artikels, begraven doden die het geweten niet langer kunnen belasten omdat ze met zovelen zijn, murwe geesten, die overvolle agenda's ook, het steekt allemaal schril af tegen die ene vent, zoveel duizend jaar geleden, of die andere, goed zestienhonder jaar geleden, of nog, die andere grote goeroe (pardon, religieuze leider), dik twee duizend vierhonderd jaar geleden. Ook allemaal doodgegaan (een enkele vond toen het licht uit), en of het nu in het weekend was of niet, zíj leven nog door in de hoofden en harten van miljoenen mensen. Il faut le faire, nietwaar?
En dan nu een staaltje van wat ik net aanhaalde: de overgang naar de gang van zaken, het wentelen in de sleur van jij en wij, samen in de wei, en grazen en blaten, tot er iemand ons de wol over de oren komt trekken en wij rillend in diezelfde weide, terwijl een ander in onze wol gehuld de winter zomaar doorkomt. De gedachten moeten buitelen vandaag, zo lijkt het wel, en waarom ook niet? Hoor ik ook voor de tv te hangen? Mijn ziel in de pc te laten verdwalen? Verslaafd aan één of andere plakkerige toog te hangen? Of hoor ik mezelf te zijn, met alle grote en kleine vraagjes vandien? Ik opteer voor het laatste, laat zoveel duidelijk zijn.
om de routine
zwart op onduidelijk wit
verhalen te vroeg afgebroken
uitnodiging tot bijeenkomsten
met uitgedunde rijen aan tafels
waar koffie koeken bestrijden
terwijl oude banden aangehaald
straffe stoten op groen laken uitgedeeld
vochtige wangen vaak rimpelautostrades
en af en toe geladen stiltes
het vreet hem aan dat hij
er telkens opnieuw bij moet
niet mag versagen, niet klagen
over weggelopen kinderdromen
zijn lot niet eigen handen
hij ondergaat de wereld gelaten
die hij niet geschapen dan toch
gewoon zal blijven verdragen
voor de tijd die weg tikt
geen enkel aanvaardbaar excuus
dan het verstokte ademhalen
zwart op onduidelijk wit
verhalen te vroeg afgebroken
uitnodiging tot bijeenkomsten
met uitgedunde rijen aan tafels
waar koffie koeken bestrijden
terwijl oude banden aangehaald
straffe stoten op groen laken uitgedeeld
vochtige wangen vaak rimpelautostrades
en af en toe geladen stiltes
het vreet hem aan dat hij
er telkens opnieuw bij moet
niet mag versagen, niet klagen
over weggelopen kinderdromen
zijn lot niet eigen handen
hij ondergaat de wereld gelaten
die hij niet geschapen dan toch
gewoon zal blijven verdragen
voor de tijd die weg tikt
geen enkel aanvaardbaar excuus
dan het verstokte ademhalen
Frans V.