bankautomaten + gedicht
De heren van de politie, uw dienaar, uw beste vriend, uw beschermer in woelige tijden. Er is de laatste jaren al veel te doen geweest rond criminaliteit en het antwoord dat onze overheid er al dan niet op geeft. Wat er echter nu weer geformuleerd wordt als richtlijn inzake geldafhalingen (ga hier eens kijken), slaat gewoon alles.
In de eindejaarsperiode blijken nogal wat kleine criminelen (gemiddelde lengte 165 cm?) op de loer te liggen om na het intreden van de avondschemering de eenzame burger, die nog snel wat geld gaat afhalen van de automaat, te overvallen. Wat raadt de politie ons aan? Juist, geen geld meer afhalen zonder begeleiding of op zijn minst te zorgen dat er voldoende sociale controle in de omgeving is. Sociale controle? Spontaan denk ik dan terug aan een zekere Joe Van Holsbeek. Stond die jongeman dan niet in hét schoolvoorbeeld van een plek vol sociale controle, temidden van het gewriemel van honderden sociaal controlerenden én met zijn vriend naast zijn zijde? Dat is goed afgelopen, ja.
Het is al ver gekomen dat de overheid met als uitvoerende macht de politie nu de burgers aanraadt dan maar 's avonds geen geld meer af te halen. De reacties van een aantal lezers onder het desbetreffende artikel spreken ook voor zich. Wat de oplossing dan wel zou moeten zijn? Ik ben niet echt de voorstander van een 'oog om oog, tand om tand'-houding, maar het valt me wel op dat er hier in het land nogal zware straffen worden uitgesproken voor eerder kleinere vergrijpen en de misdadigers zelf met vrij veel wegkomen zonder noemenswaardige gevolgen voor zichzelf. Dat kan geen goed signaal zijn.
Als we nu eens met zijn allen aan het dichten zouden slaan? Hakken, kerven, klieven met woorden, al dan niet met rijm, kort of lang, het maakt niet uit. Zolang het maar verbaal blijft. Uiteraard niet met de bedoeling persoonlijk te worden, want dat lokt weer andere reacties uit. Zo zit de mens nu eenmaal in elkaar. Feit blijft wel dat we met zijn allen in ieder geval ervoor kunnen kiezen niet toe te geven aan de kaalslag der criminelen. Het is niet omdat er gevaar bestaat, dat je het ook daadwerkelijk uit de weg moet gaan. Een beetje spanning is toch altijd meegenomen, niet?
Frans Vlinderman
In de eindejaarsperiode blijken nogal wat kleine criminelen (gemiddelde lengte 165 cm?) op de loer te liggen om na het intreden van de avondschemering de eenzame burger, die nog snel wat geld gaat afhalen van de automaat, te overvallen. Wat raadt de politie ons aan? Juist, geen geld meer afhalen zonder begeleiding of op zijn minst te zorgen dat er voldoende sociale controle in de omgeving is. Sociale controle? Spontaan denk ik dan terug aan een zekere Joe Van Holsbeek. Stond die jongeman dan niet in hét schoolvoorbeeld van een plek vol sociale controle, temidden van het gewriemel van honderden sociaal controlerenden én met zijn vriend naast zijn zijde? Dat is goed afgelopen, ja.
Het is al ver gekomen dat de overheid met als uitvoerende macht de politie nu de burgers aanraadt dan maar 's avonds geen geld meer af te halen. De reacties van een aantal lezers onder het desbetreffende artikel spreken ook voor zich. Wat de oplossing dan wel zou moeten zijn? Ik ben niet echt de voorstander van een 'oog om oog, tand om tand'-houding, maar het valt me wel op dat er hier in het land nogal zware straffen worden uitgesproken voor eerder kleinere vergrijpen en de misdadigers zelf met vrij veel wegkomen zonder noemenswaardige gevolgen voor zichzelf. Dat kan geen goed signaal zijn.
Als we nu eens met zijn allen aan het dichten zouden slaan? Hakken, kerven, klieven met woorden, al dan niet met rijm, kort of lang, het maakt niet uit. Zolang het maar verbaal blijft. Uiteraard niet met de bedoeling persoonlijk te worden, want dat lokt weer andere reacties uit. Zo zit de mens nu eenmaal in elkaar. Feit blijft wel dat we met zijn allen in ieder geval ervoor kunnen kiezen niet toe te geven aan de kaalslag der criminelen. Het is niet omdat er gevaar bestaat, dat je het ook daadwerkelijk uit de weg moet gaan. Een beetje spanning is toch altijd meegenomen, niet?
burgerlijke angsthaas
met één oog achterwaarts
beent hij door de straten
van het ene neonlicht naar
de volgende plas straatlantaarn
en het oor verspreid gelegd
of er geen holle klanken
in zijn sporen treden
en dan het luiden bonzen
van het angstig hart misnemen
voor de spoken van zijn geest
de pas steeds sneller door
de nauw geworden stegen naar
het veilig huis dat lonkt
aan de einder van zijn duister
er staat hem wat te wachten
de bange blanke man, de wezel
met de tanden in zijn lef
want hij moet er zo van krijgen
hij zal leren dat wie bang is
met één oog achterwaarts
beent hij door de straten
van het ene neonlicht naar
de volgende plas straatlantaarn
en het oor verspreid gelegd
of er geen holle klanken
in zijn sporen treden
en dan het luiden bonzen
van het angstig hart misnemen
voor de spoken van zijn geest
de pas steeds sneller door
de nauw geworden stegen naar
het veilig huis dat lonkt
aan de einder van zijn duister
er staat hem wat te wachten
de bange blanke man, de wezel
met de tanden in zijn lef
want hij moet er zo van krijgen
hij zal leren dat wie bang is
Frans Vlinderman
Geen opmerkingen:
Een reactie posten