Over worsten
België ligt momenteel een beetje op zijn drietalig gat, maar bon, dat doet het nu al meer dan een jaar. Terwijl de kranten en internetfora uitpuilen van de berichtgeving over een premier-ke dat nog maar eens de handdoek in de ring gooit (driemaal is scheepsrecht, toch?), ploegen wij Vlaamse en Waalse boeren gewoon verder. Op het einde van de dag moet er nog steeds eten op tafel komen, en of dat nu met of zonder regering gebeurt, wie zal dat wat kunnen interesseren? In ieder geval niet den deze. Dan heb ik meer vragen bij dorststakers die er dezer dagen nogal erg aan toe zijn, bij voetbalrelschoppers die ondanks overduidelijk beeldmateriaal, verzameld door de ordehandhavingsdiensten als niet vervolgbaar worden ingeschat door sommige parketten, zichzelf en kroost dodende scheidende vaders, pistachenoten die zo goedkoop blijven dat ze altijd uitverkocht (b)lijken, deadlines die te dichtbij komen om gezond te zijn en nog van die dingen.
We liggen dus niet wakker van het feit dat we leven in een land dat bestaat uit een aantal kampen die elkanders bloed kokend lusten, waarin het overleg bestaat uit een vragende partij en een nee-zeggende tegenpartij, waarin regerende politici zich bezig houden met hun eigen (partij)navel eerder dan het volk te geven waar het recht op heeft, namelijk (een vorm van goed) bestuur, waar een opslag in procenten omwille van de index leidt tot het verlies van letterlijk honderden euro maandinkomen omdat sommige belastingschalen (of hoe die ingewikkelde toestanden ook mogen heten) neit mee geïndexeerd werden, waarbij de oplossing altijd opnieuw veel te laat na datum (nadat de staat er eerst een stukje beter van werd) wordt gevonden, en ga maar door.
Ondertussen leef ik samen met Nip het leven dat ik wil leven, compleet met aftellen naar binnenkort, naar nog meer van ons, in de wetenschap dat dit leven niet ingericht wordt door welke pipo op het hoogste politieke vlak whatsoever. Zij en ik, wij liggen dus niet wakker. We slapen op vier oren, dromen de dromen der verliefden, verloofden ook, en verder bakken we alles wat ons worst zal wezen. Ik zei het al, een mens moet ook eten, nietwaar?
We liggen dus niet wakker van het feit dat we leven in een land dat bestaat uit een aantal kampen die elkanders bloed kokend lusten, waarin het overleg bestaat uit een vragende partij en een nee-zeggende tegenpartij, waarin regerende politici zich bezig houden met hun eigen (partij)navel eerder dan het volk te geven waar het recht op heeft, namelijk (een vorm van goed) bestuur, waar een opslag in procenten omwille van de index leidt tot het verlies van letterlijk honderden euro maandinkomen omdat sommige belastingschalen (of hoe die ingewikkelde toestanden ook mogen heten) neit mee geïndexeerd werden, waarbij de oplossing altijd opnieuw veel te laat na datum (nadat de staat er eerst een stukje beter van werd) wordt gevonden, en ga maar door.
Ondertussen leef ik samen met Nip het leven dat ik wil leven, compleet met aftellen naar binnenkort, naar nog meer van ons, in de wetenschap dat dit leven niet ingericht wordt door welke pipo op het hoogste politieke vlak whatsoever. Zij en ik, wij liggen dus niet wakker. We slapen op vier oren, dromen de dromen der verliefden, verloofden ook, en verder bakken we alles wat ons worst zal wezen. Ik zei het al, een mens moet ook eten, nietwaar?
2 opmerkingen:
Dag Frans,
Ik zie dat de toestand in ons land je niet onberoerd laat.
Maar wat wil je met zo'n management ? Enfin laat het niet teveel aan je hart komen op de 21ste.
NV België SA
Stel je een bedrijf voor dat 10 mensen tewerkstelt, het beheer van dat bedrijf is in de handen van de directeur die daarvoor een riant
loon ontvangt.
De negen anderen in dit bedrijf voeren uit wat de directeur in al zijn wijsheid beslist.
Samen zorgen zij voor de opbrengsten waarmee hun loon en het riante loon van de directeur betaald worden.
Tot zover het bedrijfsleven - zo is het altijd geweest en zo zal het waarschijnlijk altijd zijn.
Op een dag echter beslist de directeur zonder daarvoor iets aan de anderen te vragen dat de uitvoering van zijn taak moet verdeeld worden tussen hem en zijn vriend medewerker die soms een andere visie heeft en die dit samen zo bedacht hebben.
Vanaf nu worden er twee riante directeurslonen uitgekeerd en de acht overige lonen van de medewerkers.
De winsten voortgekomen uit de opbrengsten verminderen daardoor maar alles gaat nog goed.
De tweede directeur heeft echter binnen het bedrijf ook last van iemand die in het snotje heeft wat er gebeurd is en wil meeprofiteren van het systeem bedacht door zijn twee voorgangers. Voor de lieve vrede beslissen ze onder hun drieën dat er voortaan drie directeurs zullen zijn die elk dezelfde dikke directeurspree zullen ontvangen.
De winst is nu weg en de werkdruk voor de overige zeven medewerkers begint zich te laten voelen.
Met drie directeurs aan het hoofd van het bedrijf begint de besluitvorming mank te lopen, de slagvaardigheid vermindert en er ontstaat enige onenigheid.
Drie haantjes de voorsten (bij de resterende 7 medewerkers) maken van de ontstane verwarring gebruik en eisen omwille van een beter bestuur inspraak in dat bestuur.
De oorspronkelijke directeur ziet zijn machtspositie verschrompelen terwijl de vijf nieuwe directeurs zich steeds meer macht toe-eigenen in een poging om het bedrijf terug op de rechte sporen te krijgen.
Intussen maakt het bedrijf verlies wegens de 6 maal duurdere bestuurskosten dan die die het oorspronkelijk had. De resterende medewerkers zijn vooral harde werkers geworden onderhevig aan een onhoudbare werkdruk (waarvoor de 6 directeurs hen niet genoeg kunnen prijzen).
De gewone medewerkers moeten ook meer en meer de broeksriem aanhalen want ze zien zich geconfronteerd met besparingen die de directeurs hebben doorgevoerd.
Om vooral de aandacht van zichzelf af te leiden zetten de directeurs de drie overgebleven (mede)werkers tegen elkaar op door te beweren dat de slechte bedrijfsresultaten te wijten zijn aan die of die werker die meer ziek is dan de andere of trager werkt dan de twee andere.
Op dezelfde manier leggen ze ook de schuld bij de oorspronkelijke directeur in een poging om hem weg te krijgen en ook op zijn pree beslag te kunnen leggen en onder hen te verdelen.
De drie overgebleven werkers zijn nogal goedgelovige types (wat verklaart waarom zij werkers zijn en de anderen directeurs) en trappen met open ogen in het verhaaltje dat hen wordt wijsgemaakt.
Ze laten zich verdelen en spreken niet meer met elkaar terwijl de eerste directeur almaar meer kritiek krijgt te verwerken.
De andere directeurs wachten intussen verlekkerd af..........
Dit scenario dat in het echte bedrijfsleven ondenkbaar zou zijn is het scenario dat nu van toepassing is op België met zijn intussen 6 regeringen.
Separatisme of het confederalisme (zoals de politiek dat ziet ) is de laatste stap om tot analogie te komen met het bovenstaande verhaaltje.
België heeft bijgevolg een klasse politici voortgebracht van de ergste soort omdat zij zich verrijken op de rug van diegenen die ze zo succesvol verdeeld hebben.
Ik probeer, Branco. Op de 21ste zal ik denken: nog 26 dagen, en verder zal mijn wereld niet vergaan dan, net zomin als het het voorbije jaar al heeft gedaan. Je bent trouwens nog wat vergeten in je vergelijking tussen overheid en privébedrijf: alleen de staat kan blijven verlies draaien en toch mooie cijfers scoren en dat jaar na jaar. Een bedrijf kan dat even, maar een burger al helemaal niet. Als die burger dat zou proberen, wordt ie onmiddellijk tegen de fiscale muur gezet en gefusilleerd. De overheid heeft dat probleem niet. Waarmee trouwens het bewijs geleverd is dat het land niet gerund wordt door burgers, maar door politici. Winst of verlies, lullen maar (om het eens smeuiig plat uit te drukken).
Een reactie posten